Tartelettes

In Franse bakkerijen staan de etalages vol met tartelettes in alle smaken en kleuren van de regenboog. Gele room met vers fruit, chocolade ganache of een meegebakken vulling van frangipane, deze Franse klassieker met een bodem van bros zanddeeg of pâte sablée past zich moeiteloos aan elke vulling en gelegenheid aan.

Afhankelijk van de grootte van de bakringen en de dikte van het deeg kun je met dit recept ongeveer 14 tartelettes maken van 8 cm. Bakringen van 6-8 cm met een hoogte van 2 cm zijn het mooiste in verhouding qua hoeveelheid bodem en vulling en perfect om uit de hand te eten op een feestje. Je kunt met dit recept ook een grotere taart maken, in een bakring of bijvoorbeeld een geribbelde metalen quichevorm.

Dankzij het amandelmeel zijn deze tartelettes lekker bros. De gebakken tartelette bodems zijn ongevuld goed te bewaren als je ze luchtdicht verpakt. Zo hou je alle tijd over om na te denken over de eindeloze mogelijkheden qua vulling en decoratie!

• Aantal porties: 14 tartelettes
• Bereidingstijd: 40 minuten
• Keukenbenodigdheden: garde, vershoudfolie, deegroller, ronde uitsteker 13-15 cm ø, bakringen of tartelette vormpjes, bakringen 6/8/10 cm ø (2 cm hoog)

Bereidingswijze

1. Zet alle ingrediënten klaar.

2. Doe de bloem, amandelmeel, poedersuiker en zout in een kom en roer met een garde of vork door elkaar. Voeg de koude boter in blokjes toe en wrijf dit tussen je vingers door het deeg, zodat kleine kruimels ontstaan.

3. Voeg de melk toe en kneed zo kort mogelijk tot een samenhangend deeg. Vorm een plak van het deeg, verpak het in vershoudfolie en laat minimaal 1 uur rusten in de koelkast.

4. Bestuif het werkblad en deegroller licht met bloem. Kneed het deeg heel kort door en rol het dan uit tot een egale lap van +- 3 mm dik. Tip: leg twee verflatjes aan weerszijden van het deeg om ervoor te zorgen dat het overal even dik is. Steek met een ronde uitsteker die een paar centimeter groter is dan de bodem van de vormpjes cirkels uit de deeglap.

5. Leg een plakje deeg op een vormpje en plooi met je duimen aan de binnenkant en je vingers aan de buitenkant voorzichtig het deeg langs de rand zodat het naar beneden het vormpje in zakt. Draai het vormpje langzaam rond en werk zo de hele rand af om de vormpjes te bekleden met het deeg (fonceren). Zorg ervoor dat het deeg met name bij de randen tot op de bodem komt, anders kan het deeg tijdens het bakken inzakken.

6. Leg, als je bakringen gebruikt, het gefonceerde vormpje op een met een bakmatje of bakpapier beklede bakplaat en snij de rand netjes bij met een schilmesje. Zet de ongebakken tartelettes 15-30 minuten koud weg. Verwarm de oven voor op 170º C (hetelucht).

7. Bak de tartelettes in 15-20 minuten in het midden van de oven goudbruin en gaar. Laat ze even afkoelen op de bakplaat en verwijder daarna de vormpjes. Laat de tartelette bodems helemaal afkoelen en vul ze naar wens, bijvoorbeeld met gele room en vers fruit of chocolade ganache.